In Pallanza (9.500 inwoners) zetelt het plaatselijk bestuur van Verbania. Het kleine plaatsje ligt tussen de Monte Rosso (693 m.) en de Punta della Castagnola. Het uitstekende klimaat, de mooie omgeving, de schitterende uitzichten, de goede hotelaccomodatie en vele faciliteiten voor toeristen hebben Pallanza tot ��n van de bekendste vakantieverblijven aan het Lago Maggiore gemaakt. | ![]() |
||||||||||||||
Pallanza bestond reeds in de romeinse tijd en is vermoedelijk een bezit geweest van de keizers Julius en Claudius (1e eeuw). Omstreeks het jaar 1000 kwam Pallanza in handen van de bisschop van Novara en werd daarna bezit van de graven Barbavara di Castello die hun hoofdkwartier op het eiland S. Giovanni hadden, waar men uitkijkt op de Punta della Castagnola, nu priv�bezit van de familie Borromeo. De Barbavara's wilden Pallanza overdoen aan Novara maar het plaatsje verdedigde zijn betrekkelijke vrijheid en wist in 1224 de overdracht te verhinderen. Aan het einde van de 14e eeuw kreeg Pallanza eigen statuten. Tijdens de heerschappij van de familie Visconti betaalde Pallanza in 1446 een losgeld aan deze familie om de overdracht van het plaatsje aan de familie Borromeo te beletten. In 1535 kwamen de Spanjaarden en Philips IV stond het plaatsje toe tegen een vergoeding zelfstandig te blijven zodat het niet onder heerschappij van bepaalde leenheren kon komen. Na de Oostenrijkse periode werd Pallanza door het verdrag van Worms (1743) tot bezit van de familie van Savoye verklaard. De jaren 1796-1798 werden gekenmerkt door revolutionaire bewegingen; de laatste opstand werd in Ossola onderdrukt waarbij Gius. Ant. Azari van Pallanza om het leven kwam. Toen de Oostenrijkers de baai van Laveno blokkeerden, kwam Pallanza op 30 augustus 1859 opnieuw in opstand.
Het gemeentehuis staat aan het begin van de boulevard op de Piazza IV Novembre; onder de indrukwekkende arcade vindt men de gedenksteen aan Garibaldi. Midden op de aangrenzende Piazza della Repubblica staat het met bloemperken omgeven monument ter herinnering aan Carlo Cadorna van Pallanza, oom van de Italiaanse maarschalk. Op het plein, waaraan de aanlegsteiger ligt, kijkt men over de boulevard heen waar het herdenkingsmonument en een standbeeld van de vroegere burgemeester van Pallanza, Cavanna, staan; beide monumenten zijn gemaakt door de beeldhouwer Paolo Troubetzkoy uit Intra. Achter een ijzeren traliewerk staat aan het water het mausoleum van Luigi Cadorna, waar men de tombe van maarschalk Vittorio Veneto (1850-1928) vindt. Aan de linkerkant van het plein ziet men de hooggelegen parochiekerk van S. Leonardo.